Rappel de votre demande:


Format de téléchargement: : Texte

Vues 217 à 217 sur 562

Nombre de pages: 1

Notice complète:

Titre : Oeuvres complètes de Christiaan Huygens. L'horloge à pendule de 1651 à 1666. Travaux divers de physique, de mécanique et de technique de 1650 à 1666. Traité des couronnes et des parhélies (1662 ou 1663) / publ. par la Société hollandaise des sciences

Auteur : Huygens, Christiaan (1629-1695). Auteur du texte

Éditeur : M. Nijhoff (La Haye)

Date d'édition : 1888-1950

Contributeur : Koninklijke Hollandsche maatschappij der wetenschappen. Éditeur scientifique

Sujet : Huygens, Christiaan (1629-1695) -- Contribution aux mathématiques

Sujet : Huygens, Christiaan (1629-1695)

Notice d'ensemble : http://catalogue.bnf.fr/ark:/12148/cb38949978f

Type : monographie imprimée

Langue : latin

Langue : français

Langue : néerlandais

Format : 23 vol. : ill. ; 29 cm

Description : Correspondance

Description : Autobiographie

Droits : Consultable en ligne

Droits : Public domain

Identifiant : ark:/12148/bpt6k778667

Source : Bibliothèque nationale de France, département Philosophie, histoire, sciences de l'homme, 4-R-788 (17)

Conservation numérique : Bibliothèque nationale de France

Date de mise en ligne : 15/10/2007

Le texte affiché peut comporter un certain nombre d'erreurs. En effet, le mode texte de ce document a été généré de façon automatique par un programme de reconnaissance optique de caractères (OCR). Le taux de reconnaissance estimé pour ce document est de 85%.


weder van nieuws bcginncn te obferveren aen de Sonne ats [c voren. Indien het te langhfacm gegaen hadde, foo foude mcn het voorfchreven Lootjen wat opwaerc gefchoven hebbcn; in dier voegen nochtans, dat men hec niet hoogher als op de helft van de Spil en trecke,want het die eyghenichap heeft dat, van daerafopwaertge(choven, het Horologie weder !angh)amer doet gaen, waer van inde befchrijvinghe der Horologien hec bewijs gegevcn fal wcrden '); a!x mede van de verciTeningh des tijdts, daer van wy alleenlijck het gcbruyck hier teeren. Hebbende behalven het feecker bewijs, oockinderdaet,doorcorre~eS!ingenvercken,bevonden, dat om de onghelijckhcydt der daghen [e rechte te brengen, de verefiningh, foo ak wy die hier door de voorge~elde Tafel in 't werck fiellen, perfeA met de expcrientie over een komc, foo dat men fich daer vaflelijck mach op vertrouwen '). Ende is defe faccke van fulcken belangh in hec vinden der Lenghden, dat men daer op gheen acht nemende fomtijdts, inden tijdt van 3. Maenden, toc 7. Graden en mecr fich mis 1 rekenen foude konnen, fonder dat nochtans faute in de Horologien ware: 't Welck [utïchen de Tropici vaerende over de hondert duytfche mylen ~) bedraghen foude. Hebbende ghechoont hoe men de Horologien aen Lande fijnde op haer mate ftetlen kan, ofte haer daghelijcx verfchil weten, foo fal ick nu oock fegghen hoe men 't felve doen fal a!s men die 't Scheep heeft, ende ergens op ancker lecht, want terwijl men voortvaert is het onmogelijck.

Men fal waernemen op (ekeren dagh hec op en ondcr gaen vande Sonne, ende ats men die effen half boven den Horizom (tec, acmcyckenen ten tyde van beyde de obfervacien de ure die het Horologie wijft, ende ~en hoe veel urcn [ufïchen beyde verloopen zijn. Waer van de helft nemende, ende die adderende [oc de ure van de morgenfche obfervatie, foo fal men hebben de ure die het Horotogiegheweien hceft, doen de Son in hec Zuyden was. Cij welck ure adderende de vererFeningh der Tafèl, tot dien dagh behoorende, men fal de fomme opfchrijven, en laeten het Horologie al voort gaen. Dan weder eenighe daghen ghe!eden zijnde, hoe meer hoe beter, fal men even het fclfde doen. Ende indicn de ure defestaecften daghs de (eKHckomtmec die te vooren was opgefchrcven foo is het Horologie op de rechte maere gheftelt. ) 1 Maer indien meerder is of minder, foo gaet hec ce ras ot'te langfacm, ende hct verfchil gedeelt door het gecal der dagen tuffchen beyde de obfervatien verlopen, fal geven het dagelijcx verfchil 't welck men fal aenteyckenen, en, foo men wil, her daer by taeten blyven. Ofte anders door het verfchuyven van 't k!cyne Lootjen, a)s te voren gefcght is, het Horologie nader op de maet brengen.

') Le m!He germanique (comparez la p. 3:<! du T. XVI) est suivant W. Snellius de :28oo pieds rhénans, c. à. d. d'environ ~t$7 M. Par dé6nition chaque degré de l'équateur correspond 15 milles germaniques

/).!I.